Leptospirose
Introductie
Als het straks lekker weer is, kan het heerlijk zijn voor mens en hond om een duik te nemen in meertjes. Maar pas op: mensen en honden kunnen door het zwemmen in stilstaand water de ziekte van Weil krijgen!
De ziekte van Weil is een bekende vorm van Leptospirose. Leptospirοse wordt veroorzaakt door Leptospira spp., een bacterie. Deze ziekte kan ernstige gevolgen hebben voor honden maar ook voor mensen omdat het een zoönose is. Dat betekent dat het van dier op mens kan worden overgedragen. Katten kunnen gelukkig niet besmet worden.
Besmetting
Honden krijgen de ziekte van Weil via in de vrije natuur levende dieren, vaak via ratten. Knaagdieren zijn drager van de bacterie. Die is te vinden in hun urine maar ze worden er zelf niet ziek van. Daarentegen kunnen honden en mensen wel erg ziek worden van Leptospira.
De bacterie komt via de urine van ratten in stilstaand water terecht en vervolgens kunnen honden besmet raken wanneer zij in dit water zwemmen of wanneer zij dit water drinken, bijvoorbeeld uit een modderpoel.
Honden besmetten zich ook door direct contact met wilde knaagdieren (eten van kadavers en bijtwonden).
Symptomen
Honden die geïnfecteerd raken vertonen koorts (vaak heel hoge koorts), verminderde eetlust, sloomheid, braken en diarree. Soms hebben de honden ook gewrichts- en spierpijn en neurologische afwijkingen.
De honden kunnen ook nierfalen en leverfalen krijgen. Door nierfalen gaan ze veel drinken en plassen en bij leverfalen kan als symptoom icterus (geelzucht) ontstaan. Bij een hond is geelzucht waar te nemen als een gele verkleuring van de slijmvliezen en uiteindelijk ook van de huid.
Honden kunnen met de juiste behandeling volledig genezen van de ziekte van Weil. In het ergste geval kan een hond met leptospirose overlijden als gevolg van nier- of leverfalen.
Diagnose
De ziekte van Weil kunnen we aantonen door middel van bloedonderzoek. Een besmet dier maakt namelijk antistoffen aan tegen de bacterie en deze kunnen in het bloed worden aangetoond.
Behandeling
De ziekte van Weil wordt behandeld met antibiotica. Daarnaast is een ondersteunende behandeling vaak noodzakelijk, in de vorm van opname en infuus. Maak de door de dierenarts voorgeschreven antibioticum kuur af. Soms is er een tweede kuur nodig om de leptospirose te bestrijden. Als de kuur niet af is, kan de hond nog maandenlang andere honden en mensen besmetten.
Preventie – Enting
Gelukkig bestaat er ter bescherming van honden een vaccinatie tegen leptospirose. Het is raadzaam om uw hond jaarlijks te laten vaccineren tegen de ziekte van Weil.
Sinds 2013 is er een nieuw vaccin tegen deze ziekte. Dit vaccin geeft bescherming tegen vier in plaats van twee soorten Leptospira. Besluit u met uw dierenarts over te gaan op de nieuwe vaccinatie, dan moet deze de eerste keer na 4 tot 6 weken worden herhaald om een goede bescherming te geven tegen de nieuwe varianten. Daarna moet de vaccinatie jaarlijks herhaald blijven worden.
Het is raadzaam om een hond niet te laten zwemmen op plekken met stilstaand water en vooral niet in de schaduw. De bacterie wordt namelijk snel gedood door zonlicht. Probeer daarnaast te voorkomen dat de hond drinkt uit water waar ratten voorkomen.
Bij de mens
De mens kan besmet worden met de ziekte van Weil via een zieke hond. Als uw hond ziek wordt, houd u zich dan aan de instructies van uw dierenarts en zorg voor goede hygiëne. Advies is voorzichtig met de urine van de hond om te gaan, handen zorgvuldig te wassen en zorg in het algemeen voor goede huishoudelijke hygiëne.
De ernst van de klachten bij mensen varieert. Het kan beperkt blijven tot griepachtige verschijnselen, maar de besmetting kan in het ergste geval fataal zijn. Het is dus van essentieel belang om preventief te werk te gaan en honden daarom te laten vaccineren tegen de ziekte van Weil.